Behrendt 2
Home Up Artikel Behrendt 1 Behrendt 2 Behrendt 3 Behrendt 4 Behrendt 5 Beoordelingsformulier Evaluatieformulier Behrendt Spotprenten Opland Spotprenten

 

Fritz Behrendt, politiek tekenaar (versie 2)

Ons land heeft een lange traditie van tekenaars van politieke prenten. In je geschiedenisboek ben je vast wel eens spotprenten tegengekomen van Albert Hahn en Johan Braakensiek, of anders wel van Jordaan of Louis Raemaekers. De bekendste hedendaagse tekenaars die (bijna) dagelijks in de krant in een spotprent getuigenis afleggen van hun kijk op de wereld zijn ongetwijfeld Opland, pseudoniem voor Rob Wout, en Fritz Behrendt.

Deze onderzoeksopdracht heeft betrekking op het werk van Fritz Behrendt. Door verschillende publicisten is Fritz Behrendt een rechtse tekenaar genoemd. De hoofdvraag in je onderzoek luidt:

Is Fritz Behrendt een rechtse tekenaar?

Deze hoofdvraag ga je onderzoeken aan de hand van een aantal deelvragen. De eerste, tweede en vierde deelvraag zijn gegeven. De derde deelvraag moet je zelf bedenken.

1 Wat wordt in de politiek bedoeld met het begrip rechts?

2 Welke houding neemt Behrendt aan ten aanzien van het communisme?

3 ..........................................................................

4 Bestaat er een relatie tussen het wereldbeeld van Behrendt en zijn eigen geschiedenis?

Voer je onderzoek uit aan de hand van onderstaande opdrachten. Werk deze uit in een werkdossier. Handhaaf in dit werkdossier de volgorde van onderstaande opdrachten. Als je werkt met Pharos kun je, zonodig, gebruik maken van de Onderzoekswijzer in de studiemap.

Hieronder staat hoe de verschillende onderdelen van het onderzoek worden beoordeeld.

Onderdelen Maximumscore per onderdeel
1 Uitwerking deelvraag 1 10
2 Uitwerking deelvraag 2 10
3 Deelvraag 3 + uitwerking 15
4 Uitwerking deelvraag 4 10
5 Bronnenkeuze 15
6 Presentatie 30
7 Leerproces 10
Totaal 100

 

Opdracht 1

Geef een korte, voor je onderzoek adequate, omschrijving van het politieke begrip 'rechts'.

Leg je omschrijving voor aan de docent.

Opdracht 2

Bestudeer de gegeven bronnen en bepaal welke bronnen je nodig hebt voor het beantwoorden van de deelvraag: 'Welke houding neemt Behrendt aan ten aanzien van het communisme?'

Noteer de nummers van deze bronnen in je werkdossier.

Leg je keuze van bronnen voor aan de docent.

Opdracht 3

Zoek nog twee spotprenten van Behrendt die je helpen bij het beantwoorden van de deelvraag.

Plak kopieën van deze prenten in je werkdossier.

Opdracht 4

Werk deze deelvraag uit. Noteer je bevindingen per bron in je werkdossier.Als je de methode Pharos gebruikt kun je gebruik maken van het stappenplan voor het analyseren van beeldbronnen in de Kijkwijzer.

Opdracht 5

Bestudeer de bronnen en bedenk op basis daarvan deelvraag drie.

Opdracht 6

Bestudeer de gegeven bronnen en bepaal welke bronnen je nodig hebt voor het beantwoorden van de door jou geformuleerde deelvraag.

Noteer de nummers van deze bronnen in je werkdossier.

Leg je keuze van bronnen voor aan de docent.

Opdracht 7

Zoek nog twee spotprenten van Behrendt die je helpen bij het beantwoorden van de deelvraag.

Plak kopieën van deze prenten in je werkdossier.

Opdracht 8

Werk deze deelvraag uit. Noteer je bevindingen per bron in je werkdossier. Maak gebruik van het stappenplan voor het analyseren van beeldbronnen in de Kijkwijzer.

Opdracht 9

Bestudeer het artikel over Fritz Behrendt en beantwoord de deelvraag: 'Bestaat er een relatie tussen het wereldbeeld van Behrendt en zijn eigen geschiedenis?'

Schrijf je bevindingen in je werkdossier.

Opdracht 10

Presenteer de resultaten van je onderzoek in een schriftelijk verslag of in een mondelinge presentatie.

Zowel bij een schriftelijke als een mondelingen presentatie moet je de volgende indeling aanhouden:

a Inleiding (waarin de onderzoeksvraag aan de orde wordt gesteld)

b Betoog (aan de hand van de antwoorden op de deelvragen)

c Conclusie

Werk de gekozen presentatievorm uit.

* Bij een schriftelijke presentatie neem je het verslag op in je werkdossier.

* Bij een mondelinge presentatie moet je de voorgenomen werkwijze in het werkdossier kort beschrijven

Opdracht 11

Het is mogelijk dat bepaalde onderdelen van je onderzoek minder goed gingen. Misschien had je het onderzoek ook efficiënter kunnen uitvoeren. Om van je fouten te kunnen leren moet je zicht hebben op het leerproces.

Formuleer daarom wat goed en wat slecht ging bij het onderzoek. Als je met de methode Pharos werk kun je daarvoor het evaluatieformulier uit de onderzoekswijzer in je studiemap gebruiken.

Dit onderdeel van het onderzoek wordt bij de beoordeling betrokken. De hoogte van de score wordt bepaald door de mate waarin je hebt nagedacht over de gevolgde werkwijze.

[naar boven]

© 1998 Albert van der Kaap, Enschede. Alle rechten voorbehouden.